Biografisch Woordenboek van Nederland Wiskundigen


Jan Tinbergen was de grondlegger van de econometrie. Samen met Ragnar Frisch ontving hij in 1969 de eerste Nobelprijs voor Economie.

TINBERGEN, Jan (pseudoniem: Jan Dirks), sociaal-democratisch econoom en econometrist (Den Haag, 12 april 1903 - Den Haag, 9 juni 1994). Zoon van Dirk Cornelis Tinbergen, leraar Nederlands aan een gymnasium, en Jeannette van Eek, onderwijzeres. Gehuwd op 19 juli 1929 met Tine Johanna de Wit, juriste. Uit dit huwelijk werden vier dochters geboren.

Jan Tinbergen studeerde van 1921 to 1925 wis- en natuurkunde aan de Rijksuniversiteit Leiden, bij Paul Ehrenfest. Tinbergen weigerde na zijn studie in militaire dienst te gaan. Vijftien maanden van zijn vervangende burgerdiensttijd bracht hij door als ‘hulpklerk’ van de gevangenis in Rotterdam. In deze periode begon Tinbergen zich, door middel van zelfstudie, toe te leggen op de economische wetenschap. De laatste tien maanden van zijn dienstplicht kon hij gaan werken op het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Na zijn promotie in 1929 keerde Tinbergen bij het CBS terug, waar hij tot 1945 zou blijven om het conjunctuuronderzoek te leiden. Van 1930 tot 1939 doceerde Tinbergen statistiek aan de faculteit der handelswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam. In 1933 werd hij in Rotterdam aan de Nederlandse Handels-Hoogeschool benoemd als buitengewoon hoogleraar in de statistiek en de statistische analyse. Ook internationaal vond Tinbergen steeds meer erkenning, alras was hij een van de belangrijkste woordvoerders van de in 1930 opgerichte Econometric Society.

De meest sprekende uiting van zijn methode, en kenmerkend voor al zijn latere werk, was dat hij als antwoord op een economische beleidsvraag een model van de Nederlandse economie ontwikkelde (1936). Deze manier van aanpak was volstrekt nieuw, ook internationaal. In hetzelfde jaar werd hij gevraagd om bij de Volkenbond in Genève te komen werken met de bedoeling verschillende conjunctuurtheorieën aan de hand van statistische gegevens te testen. Tinbergen rapporteerde de resultaten in Statistical testing of business-cycle theories (1939). Het eerste deel omvatte een uitleg van de toentertijd geheel nieuwe econometrische methode en het tweede deel bevatte een macro-econometrisch model van de Verenigde Staten.

Tinbergens methode werd in Nederland geïnstitutionaliseerd door de oprichting van het Centraal Planbureau (CPB) in 1945. Tinbergen leidde het CPB de eerste tien jaar van haar bestaan. Zijn ervaringen daar en de wijze van economische politiek die hij voorstond, verwoordde hij in zijn Economic Policy, Principles and Design (1956).

In 1955 kreeg hij de leerstoel ‘economie der ontwikkelingsprogrammering’ aan de Nederlandse Economische Hogeschool te Rotterdam. In 1965 werd de opdracht uitgebreid met de ‘economie der centraal geleide stelsels’ en werd Tinbergen directeur van het Nederlands Economisch Instituut. Van 1966 tot en met 1974 was hij voorzitter van het UN Development Planning Committee. Na zijn emeritaat in 1973 in Rotterdam was hij nog twee jaar hoogleraar ‘internationale samenwerking’ in Leiden.

Bronnen
Praemium Erasmianum 1967 (1967) Amsterdam: Stichting Praemium Erasmianum.
H. Vos (1969) ‘De Nobelprijs voor Tinbergen’, Socialisme en Democratie 26.8: 501-6.
P. de Wolff, F. Hartog, H.C. Bos and J.P. Pronk (eds) (1970) ‘J. Tinbergen – R. Frisch’, De Economist, 118.2.
J. Florquin (1977) ‘Prof. dr. Jan Tinbergen’, in Ten Huize van …13de reeks, Leuven: Davidsfonds, pp. 287-317.
E. van Rompuy (1974) Jan Tinbergen: De Eerste Nobelprijswinnaar Economie, Antwerpen: Nederlandsche Boekhandel.
H.C. Bos (1979) ‘Jan Tinbergen’, in International Encyclopaedia of the Social Sciences 18, Biographical Supplement, New York: Free Press, pp. 766-790.
A. Heertje, R. Kuip (1979) ‘Onverwoestbare gelovige in een betere wereld: Jan Tinbergen’, in: Dat Bonte Economenvolk. Nederlandse Economen: Portretten en Interviews, Amsterdam: Loeb en Van der Velden, pp. 13-26.
L. van der Geest (ed) (1983) Economisch Statistische Berichten 68.3400: 305-28. A. Blok (1987) Jan Tinbergen en de Nederlandse sociaaldemokratie. Ideeën over sociaal-ekonomische ordening en ekonomische politiek 1930-1960 (doctoraalscriptie geschiedenis Utrecht).
S. Chakravarty (1987) ‘Jan Tinbergen’, in The New Palgrave Dictionary of Economics, London: Palgrave, pp. 652-654.
J.R. Magnus, M.S. Morgan (1987) ‘The ET interview: Professor J. Tinbergen’, Econometric Theory: 117-142.
A.H.M. de Jong, C.W.A.M. van Paridon, J. Passenier (1988) ‘Jan Tinbergen over zijn jaren op het CPB’, Economisch Statistische Berichten 73.3664: 652-7, 662.
P.H.J.J. Terhal (1988) ‘Jan Tinbergen’, Kritisch Denkerslexicon 5: 1-14. K. Thanawala, J.B. Davis (eds) (1988) Jan Tinbergen's contributions to social economics, Review of Social Economy 46.3.
J. Tinbergen (1988) ‘Recollections of professional experiences, in J.A. Kregel (ed) Recollections of Eminent Economists I, Macmillan.
J. Tinbergen (1988) ‘Het welzijn van de mensheid, daar is het in de economie om begonnen!’, in G.J. Peelen, Kennen & Kunnen: Ontwikkelingen in het economisch denken en doen (1948-1988), Alphen a/d Rijn: Samsom, pp. 36-45.
M. Boumans (1990) ‘De slinger van Tinbergen’, Tijdschrift voor Politieke Ekonomie 13: 50-65.
M. Boumans (1992) A Case of Limited Physics Transfer: Jan Tinbergen’s Resources for Re-shaping Economics, Amsterdam: Thesis.
J. Kol, P. de Wolff (1993) ‘Een karakteristiek van J. Tinbergens werk’, Economisch Statistische Berichten 78.3907: 357-62.
A. Blok (1994) ‘Jan Tinbergen en de Nederlandse sociaal-democratie’, in: Van Troelstra tot Den Uyl. Het vijftiende jaarboek voor het democratisch socialisme, Amsterdam: 197-227.
G. Alberts (1994) ‘On connecting socialism and mathematics: Dirk Struik, Jan Burgers, and Jan Tinbergen’, Historia Mathematica: 280-305.
M. Boumans (1998) ‘Tinbergen, Jan’, in J.B. Davis, D.W. Hans and U. Mäki (eds.) The Handbook of Economic Methodology, Cheltenham: Edward Elgar, pp. 501-504.
M. Boumans (2001) ‘Tinbergen’, in Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidesbeweging in Nederland, deel 8, pp. 296-301. Zie ook Links.
A. Jolink (2003) Jan Tinbergen: The Statistical Turn in Economics: 1903-1955, Rotterdam: CHIMES. M. Boumans (2001) Tinbergen in Biografisch Woordenboek van het Socialisme en de Arbeidesbeweging in Nederland

Publicaties
J. Tinbergen (1929) Minimumproblemen in de Natuurkunde en de Ekonomie, Amsterdam: Paris.
J. Tinbergen (1933) De Konjunktuur, Amsterdam: Arbeiderspers.
J. Tinbergen (1936) Grondproblemen der Theoretische Statistiek, Haarlem: Bohn.
J. Tinbergen (1939) Statistical Testing of Business-Cycle Theories, Geneva: League of Nations.
J. Tinbergen (1943) Economische Bewegingsleer, Amsterdam: Noord-Holland
J. Tinbergen (1944) De Les van Dertig Jaar, Amsterdam: Elsevier.
J. Tinbergen (1952) On the Theory of Economic Policy, Amsterdam: North-Holland.
J. Tinbergen (1956) Economic Policy: Principles and Design, Amsterdam: North-Holland.
J. Tinbergen (1958) The Design of Development, Baltimore: Johns Hopkins Press. L.H. Klaassen, L.M. Koyck en H.J. Witteveen (red.) (1959) Jan Tinbergen. Selected papers, Amsterdam: North-Holland.
J. Tinbergen (1964) Central Planning, New Haven: Yale University Press.
J. Tinbergen (1967) Development Planning, London: Weidenfeld and Nicolson.
J. Tinbergen (1971) Een leefbare aarde, Amsterdam: Agon Elsevier.
J. Tinbergen (1971) Meten in de Menswetenschappen, Assen: Van Gorcum.
J. Tinbergen (1975) Income Distribution: Analysis and Policies, Amsterdam: Noth-Holland.
J. Tinbergen, A.J. Dolman en J. van Ettinger (1976) Reshaping the International Order, New York: Dutton.
J. Kol (ed) (2003) Jan Tinbergen: The Centennial Volume, Rotterdam: Erasmus University.

Auteur: Marcel Boumans

Laatst gewijzigd: mei 2006