Gorissen, Johanna (1906-1960)

 
English | Nederlands

GORISSEN, Johanna (geb. Welberg 15-9-1906 – gest. Wouw 7-3-1960), genezeres, zieneres en draagster van stigmata. Dochter van Antony Gorissen (1868-1939), land- en fabrieksarbeider, en Adriana van Wezel (1868-1957). Johanna Gorissen bleef ongehuwd.

Johanna (Janske) Gorissen groeide op als jongste in een groot gezin aan het Zandbaantje in Welberg, een dorp ten zuidoosten van Steenbergen. Haar vader werkte op het land of in de fabriek, een van haar zusters was huishoudster van de pastoor. Na de bewaarschool volgde Janske de lagere school, waar zij goed leerde. Ze was ziekelijk en had een eetprobleem. Omdat landarbeid te zwaar voor haar was, werkte zij na de lagere school in een schoenwinkel en bij een voetspecialist, waar ze blaren doorprikte en eelt verwijderde.

In 1925 werd Janske Gorissen ernstig ziek. Op haar ziekbed kreeg ze regelmatig bezoek van franciscanessen, die een ijsje of een godsdienstig boek meebrachten. Janske had angstdromen: de duivel kwam haar halen omdat zij de bruid van Christus wilde worden. Op haar hoofdkussen had hij het getal van het beest achtergelaten. Sinds zij visioenen zag, liet Janske zich ‘bruidje van Jezus’ noemen. Berichten van haar heilige echtgenoot en schoonmoeder Maria ontving ze via de aartsengel Gabriël en de zelfbedachte boodschapper ‘Solemnis’ (de Plechtige).

Adrianus C.J.M. Ermen, vanaf 1928 de dorpspastoor van Welberg en een ambitieuze Mariavereerder, raakte gefascineerd door Janske Gorissen en kwam regelmatig op ziekenbezoek. In 1930 – ze was inmiddels 24 jaar oud – raakte Janske op wonderbaarlijke wijze genezen van haar ziekteverschijnselen. Wel bleef ze visioenen zien. Twee jaar later huilde ze ook ‘bloedtranen’, hoewel de dorpsdokter slechts sporen van automutilatie constateerde. In 1937 was pastoor Witlox uit Deurne getuige van haar bloedende stigmata (lijdenstekenen van Christus).

‘Onze Lieve Vrouw van Welberg’

Vanwege de miraculeuze gebeurtenissen rond Janske Gorissen groeide Welberg uit tot een bedevaartsplaats van Mariaverering: pelgrims uit Nederland en België wilden ‘Onze Lieve Vrouw van Welberg’ van nabij meemaakten. Bij een publieke religieuze plechtigheid in 1939 legde Janske Gorissen, gehuld in witte bruidskleding, de gelofte van eeuwige zuiverheid af. Uit schenkingen financierde zij de inrichting van een Mariakapel in de dorpskerk. Ze genas mensen van hoofdpijnen, spraakstoornissen of een gevaarlijke slikziekte en behoedde de koeien van een veeteler voor een uitbraak van miltvuurbesmetting.

Vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog voorspelde Janske Gorissen dat Welberg de oorlog ongeschonden zou doorstaan, als de mensen maar trouw bleven bidden tot Maria. Haar profetie kwam niet uit, want in november 1944 raakte Welberg zwaar beschadigd door gevechten tussen Duitse en geallieerde troepen. Zelf sukkelde Gorissen opnieuw met haar gezondheid. Na de Bevrijding betrok ze een eigen, fraai versierde kamer in de pastorie. Financiële giften gingen naar de kas van haar ‘Pastoor-Ermenstichting’. Op haar beurt deed hieruit Gorissen schenkingen aan de armen en zieken van de parochie. Kwade tongen beweerden dat ze ook zelf van de gulle giften profiteerde. Zo zou ze ruiken naar duur parfum, leven als een hofdame en een hulp in vaste dienst hebben. 

Bisschop Hopmans van Breda had al voor de oorlog zo zijn twijfels over de wonderbaarlijke verschijnselen in Welberg. Onder zijn toezicht werd Gorissen in 1945 drie maanden lang geobserveerd in het franciscanessenklooster Mater Dei. Sommige zusters geloofden dat ze alleen leefde op thee of water en hosties; anderen meenden dat ze ’s nachts stiekem voedsel uit de keuken wegnam. Tot een eenduidige conclusie heeft de observatie niet geleid, maar op last van het bisdom moest Gorissen in 1948 wel de pastoriekamer verlaten. Een onderzoekscommissie van de kerk kon drie jaar later de bovennatuurlijke oorsprong van de Welbergse wonderen niet vaststellen. Het betekende het einde van de cultus rond Janske Gorissen.

Tijdelijk kreeg Gorissen een kamer in het zusterklooster op de Bredase Haagdijk. Gefinancierd door de Pastoor Ermenstichting werd intussen een huis voor haar gebouwd in Wouw, aan de Moerstraatseweg. Na haar verhuizing – in januari 1953 – voorzag de stichting ook in haar levensonderhoud en de betaling van haar huishoudster en verzorgster. Pastoor Ermen hield dagelijks telefonisch contact met de voormalige Vrouwe van Welberg; zelf ging zij op bezoek bij haar zieke moeder, die tot haar dood in 1957 in het ouderlijk huis aan het Zandbaantje woonde. Janske Gorissen zelf overleed op 7 maart 1960; ze werd in besloten kring begraven in Welberg.

Hagiografie

Sinds 1951 ligt het kussen van de zieke Janske met het teken van het beest als een relikwie opgeslagen in een kluis van bisdom Breda, maar de cultus rond Janske Gorissen had toen zijn beste tijd al gehad. Niettemin bleven bedevaartgangers incidenteel rozen of kaarsen op haar graf leggen, en in 2006 bracht bisschop Muskens van Breda ter gelegenheid van haar honderdste geboortedag in stilte een bezoek aan haar laatste rustplaats. Het dossier J. Gorissen/Welberg in het bisdomarchief mag om kerkrechtelijke redenen niet geopend worden. Hierin bevindt zich tevens de nooit uitgegeven hagiografie ‘Haar wonderschoone leven’, opgetekend door een onbekende auteur. Een reportage over Gorissen voor Tussen Keulen en Parijs, een religieus tv-magazine van de KRO tussen 1981 en 1984, mocht niet uitgezonden worden. In 2007 publiceerde de Bredase kroniekschrijver Rinie Maas een deels geromantiseerde biografie van Janske, waarin hij ruimte laat voor een bovennatuurlijke verklaring van de Welbergse wonderen.

 

Archivalia

Zie verwijzingen genoemd bij Peter Jan Magry, ‘Welberg, O.L. Vrouw van Welberg; Janske Gorissen’, Databank Bedevaart en Bedevaartplaatsen in Nederland, Meertens Instituut.

Literatuur

  • Albert Delahaye, De parochie van St. Cornelis te Welberg (Steenbergen) 1928-1978 (Zevenbergen 1978).
  • Peter Magry, Bedevaartplaatsen in Noord-Brabant (Eindhoven 1982).
  • Huub Beens, ‘Het wonder van Welberg’, Brabants Nieuwsblad, 14-12-1995.
  • Rinie Maas, Janske: haar wonderlijke leven (Breda 2007).
  • Peter Jan Magry, ‘Welberg, O.L. Vrouw van Welberg; Janske Gorissen’, Databank Bedevaart en Bedevaartplaatsen in Nederland, Meertens Instituut [geraadpleegd op 17-11-2014].
  • Peter-Jan Magry, Vurige liefde. Het geheim rond het bloedig bruidje van Welberg (Amsterdam 2021) [verschenen na publicatie van dit lemma].

Illustratie

Portretfoto door onbekende fotograaf, ca. 1936 (Archivariaat Nassau-Brabant).

Auteur: Maarten Hell

laatst gewijzigd: 22/09/2021