Budde, Bertha Cost (1870-1954)

 
English | Nederlands

BUDDE, Bertha COST, vooral bekend als Bertha van Marle-Cost Budde (geb. Deventer 3-7-1870 – gest. Wilp 15-12-1954), medeoprichtster en bestuursvoorzitster Vrouwenarbeidsschool. Dochter van Willem Herman Cost Budde (1842-1879), bierbrouwer, en Emma Anna Barbara Meister (1846-1941). Bertha Cost Budde trouwde op 21-6-1893 in Deventer met Carel Ernest van Marle (1865-1905), advocaat, politicus. Uit dit huwelijk werden 1 dochter en 2 zoons geboren.

Bertha, roepnaam Bé, groeide met haar oudere broer en jongere zus op in een welvarend, Nederlands-hervormd patriciërsgezin in Deventer. De vader was mede-eigenaar van stoombierbrouwerij DAVO. Het gezin woonde aanvankelijk in de buurt Buiten de Noorderberg en later in de Boedekerstraat. Toen Bertha acht jaar oud was, stierf de vader en kwam de Zwitserse moeder alleen voor de opvoeding van de kinderen te staan. Onbekend is welk onderwijs Bertha volgde, maar het is aannemelijk dat zij de 'B. Cost Budde te Deventer' was die in oktober 1888 in Zwolle de akte Lager Onderwijs haalde (Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 11-10-1888).

Presidente van de Vrouwenarbeidsschool

In 1893 trouwde Bertha Cost Budde met Carel Ernest ('Nes') van Marle, een advocaat die als liberaal ook politiek actief was – hij was in de loop der jaren raadslid, wethouder, Statenlid en gedeputeerde van Overijssel. Het paar ging wonen in de Polstraat (nr. 7). Als getrouwde vrouw bleef Van Marle-Cost Budde betrokken bij het onderwijs. Zo werd zij in december 1897 benoemd als een van drie directrices van de naai- en breischool (Gemeenteschool voor Nuttige Handwerken). Twee jaar later, in 1899, was ze medeoprichtster en de eerste bestuursvoorzitster van de Vereniging Deventer Vrouwenarbeidsschool – de latere Nijverheidsschool voor meisjes. Deze particuliere 'kookschool' voor dames en dienstbodes, gevestigd in de Kleine Overstraat en de Assenstraat, bood naast lessen in 'nuttige handwerken' ook andere huishoudelijke vakken en voedingsleer.

In 1900 kreeg Van Marle-Cost Budde een dochter, Emma (1900-1995), en drie jaar later een zoon, Hendrik Rudolph (1903-1989). Eind 1905, negen maanden nadat zoon Willem Herman (1905-1983) was geboren, stierf haar man onverwachts. Net als haar moeder indertijd stond ze nu alleen voor de opvoeding van haar drie kinderen – in haar geval tussen de nul en vijf jaar oud. Drie jaar later, in augustus 1908, verhuisde ze met haar kinderen naar Het Kleine Schol in Wilp (gemeente Voorst), een huis op het landgoed van haar schoonvader aan de overkant van de IJssel. Voor haar maatschappelijke en bestuurlijke activiteiten ging ze voortaan op de fiets naar Deventer.

Maatschappelijk actief

Weduwe Van Marle-Cost Budde bleef op diverse fronten maatschappelijk actief. Zo zette ze zich in voor het vrouwenkiesrecht en had ze in 1917 zitting in het comité dat in Deventer gaarkeukens organiseerde. Toen de Vrouwenarbeidsschool, inmiddels aan de Spinhuissteeg samengevoegd met de Gemeenteschool voor Nuttige Handwerken, in 1918 onderdak moest bieden aan Franse vluchtelingen, spande zij zich samen met haar medebestuursleden en het schoolpersoneel in om de vluchtelingen zo goed mogelijk te verzorgen. En na de grote overstroming van 1920 schonk zij een substantieel bedrag voor de aanleg van een dijk bij Hoven en Steenenkamer.

Bij de officiële opening in april 1925 van een nieuw schoolgebouw aan de Diepenveenseweg, waar maar liefst 25 leraressen lesgaven aan 550 leerlingen, was Bertha van Marle-Cost Budde de feestredenaarster. Ze zei dat veel van deze leerlingen geroepen zouden worden een huishouden te besturen en wees de aanwezigen op het belang van deze rol: 'een bekwame, nette zuinige huisvrouw is het geluk van een gezin, en gelukkige gezinnen zijn een steun en een zegen voor de maatschappij' (gecit. Deventer Dagblad, 3-4-1925). Zelf werd ze dat jaar benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Toen in april 1927 de Nationale Vrouwenraad zijn algemene vergadering in Deventer hield, was Van Marle-Cost Budde voorzitster van het ontvangstcomité. Tijdens de crisis van de jaren dertig initieerde ze op de Vrouwenarbeidsschool gratis cursussen voor vrouwen van werklozen.

In 1939 was Bertha van Marle-Cost Budde veertig jaar bestuursvoorzitster van de Vrouwenarbeidsschool. Bij deze gelegenheid kreeg zij een herinneringsalbum aangeboden met speciaal voor haar gemaakte waterverftekeningen en versjes – zo staat naast de getekende jeugdportretjes van haar drie kinderen voor het schoolgebouw te lezen: 'Het 4de kind is de school…'.

Op 3 mei 1947 stopte Bertha van Marle-Cost Budde als presidente van het schoolbestuur. In naoorlogs Nederland was geen plaats meer voor bestuurders van de oude stempel, net zo min als er nog veel vraag was naar tweede meisjes, linnenmeisjes of kostuumnaaisters. Bij haar afscheid werd ze benoemd tot ereburger van Deventer. Deze nieuwe vrijheid gebruikte ze om haar zoon te bezoeken, die sinds 1930 in Zuid-Afrika woonde. Ook daar verplaatste ze zich op een fiets – en was daarmee, inmiddels 77 jaar oud, een bezienswaardigheid.

Bertha van Marle-Cost Budde stierf op 15 december 1954 in Wilp, in de ouderdom van 84 jaar. In een in memoriam in het Deventer Dagblad werd met grote waardering over haar gesproken.

Betekenis

Bertha van Marle-Cost Budde was een dame van stand met een ideaal. Met bevlogenheid en doorzettingsvermogen zette zij zich haar leven lang intensief in voor haar seksegenoten, vooral als presidente van de Vrouwenarbeidsschool. Het lukte haar om een bloeiende school te stichten die het leven van veel jonge vrouwen ingrijpend heeft veranderd. In 2018 publiceerden Marion Karsch en Dinand Webbink een boek over het herinneringsalbum dat Bertha van Marle-Cost Budde in 1939 ontving.

Naslagwerken

Nederland's Patriciaat.

Archivalia

NL-DvHCO, HCO Stadsarchief Deventer, ID 0691 Instellingen voor nijverheidsonderwijs voor meisjes (Vrouwenarbeidsschool); ID 1365, inv.nr. 1194-0184 (herinneringsalbum 1939).

Literatuur

  • 'Mevr. B. van Marle-Cost Budde overleden', De Koerier/Deventer Dagblad (17-12-1954).
  • C.M. Hogenstijn, De akker van de geest bewerken; geschiedenis van het voortgezet onderwijs te Deventer (Deventer 2005) 91.
  • C.M. Hogenstijn, Een tochtje langs de Noordijken. Deventer families, hun woningen in de stad en hun buitenhuizen rond Twello (Deventer 2012) 61-65.
  • J.E. van der Putten, Het grote Budde boek (Den Haag/Diepenveen 2015) [2de herz. dr.].
  • Marion Karsch en Dinand Webbink, Een steen in de vijver. Herinneringsalbum 1899-1939 aangeboden aan Bertha van Marle-Cost Budde, presidente van de Vrouwenarbeidsschool te Deventer (Deventer 2018).

Illustraties

  • Foto, ca. 1940, door onbekende fotograaf (particuliere verzameling).
  • Tekening uit het herdenkingsalbum voor Bertha van Marle-Cost Budde, 1939 (Historisch Centrum Overijssel).

Auteur: Marion Karsch

laatst gewijzigd: 28/10/2019